public

De Ranae

Zuchtend hef ik mezelf omhoog en stap mijn kleine woonwagen in.  Meteen als de deur achter me dichtslaat ben ik op mijn hoede. “Je bent laat!” constateer ik berispend. Een

één jaar geleden

Laatste publicatie Politieke kaart door uw scribent public
Zuchtend hef ik mezelf omhoog en stap mijn kleine woonwagen in.  Meteen als de deur achter me dichtslaat ben ik op mijn hoede. “Je bent laat!” constateer ik berispend. Een zacht gehis klinkt op vanachter me. “Mijn excuses, moeder.”  Mopperend stap ik op het bed af en kijk naar de ravage. “Bij de Heilige Godin, wat heb jij uitgespookt! “ Pijnlijk grimassend kijkt de jongeman naar me op. “Blijkbaar was het huis iets beter beveiligd dan gedacht.” Klakkend met mijn tong haal ik het vuile doek van zijn been en onderzoekend betast ik de  gekartelde wonde. “Je hebt geluk. Ze hebben je slagader net niet geraakt, maar volgende keer ben je misschien minder fortuinlijk.” Pijnlijk strompel ik naar de mand met verbanden en zalfjes. Iets harder dan nodig druk ik zijn wond bijeen voor het naaien. Met een laatste knip van de schaar knip ik de draad door en kijk hem onderzoekend aan. “Waarom? Wat moest je daar in godsnaam gaan zoeken? Je bent geen vagebond, maar meer.”
“Ludmilla heeft me opgezocht.” Gepijnigd hap ik naar adem en zet me naast hem. Hij wacht tot ik weer op adem ben en gaat verder. “Ze sprak over hoe ze is gestorven en ook over een goed bewaard geheim. De naam van de Goliad Tjaleck Mandech viel. Ze sprak over een kist onder zijn bed.” Verdrietig denk ik terug aan Ludmilla, mijn dochter. Haar schoonheid was verbazingwekkend en ze had ze gebruikt waar ze kon. Haar vingervlugheid had jammer genoeg ook bekend gestaan en op een dag had ze het verkeerde slachtoffer gekozen. Ik heb altijd geweten dat ze dood was, maar het feit dat ze Rafael bezocht had, was de bevestiging die ik nooit gezocht had. Een tijdje bleef ik Rafael aankijken.
“Je bent een spiritist, Rafael. Geen inbreker, geen krijger en al zeker geen sluipmoordenaar. Maar niemand raakt mijn kinderen aan zonder straf! Ik wil wraak, Rafael. Laat hen bloeden zoals ze het hart van clan Abrami hebben doen bloeden. Roep de clan bijeen. Vanavond brengen we een bezoek aan die Mandech en zijn vloeren zullen rood kleuren met Goliad bloed!  Zowaar mijn naam Margot Abrami is en bij Senestha, deze nacht zal gevuld zijn met wraak!”

Geschiedenis

De Ranae beweren afkomstig te zijn van een eiland genaamd Rana, ver in het zuiden. Volgens de Ranae legenden, die mondeling worden overgeleverd aan elke nieuwe generatie, was Rana een fabelachtig eiland waar de Ranae als goden leefden. De realiteit was ongetwijfeld minder rooskleurig.

De oudste verhalen van de Goliad spreken over een natuurlijke ramp die ‘De Woede van Andassar’ wordt genoemd. Deze ramp heeft hoogstwaarschijnlijk ook het eiland Rana getroffen want de voorouders van de Ranae trekken naar het vasteland en verspreiden zich op hetzelfde moment als de Tyberianen, de voorouders van de Goliad, naar het noorden trekken. De Ranae blijven in het zuiden waar zij aan de rand van de maatschappij blijven terwijl meer machtige volkeren om grondgebieden strijden.

De Ranae leven in de sloppenwijken van de steden in het zuiden tot zij door een keizer tot paria’s worden uitgeroepen. Vele van hen belanden in de arena’s of worden door andere volkeren in de straten afgemaakt. De overlevers reizen noordwaarts, zoals de Tyberianen eeuwen daarvoor ook hadden gedaan.

De Ranae families krijgen geen warm onthaal in het Golyndisch rijk. Nergens slagen zij erin grondgebied te veroveren en ze worden verplicht te blijven rondreizen. Ze blijven doorgaans uit de buurt van de Khaliërs en Bhanda Korr die zich in de bergen en wouden van de Westelijke Vallei begeven maar al vrij vroeg worden zij wel gezien in Mannheim, hoewel zij daar evenmin met open armen worden ontvangen. De geschiedenis herhaalt zich als de Ranae dwalen door de Golyndische sloppenwijken en zich ten dienste stellen van de rijken voor vermaak en spot.

Als de Noormannen hun verovering van het Golyndisch rijk starten maken zij initieel geen onderscheid tussen Goliad of Ranae. Pas later zal blijken dat de Ranae moeilijk te veroveren zijn, vermits zij geen land bezitten. Het laten trouw zweren van individuele Ranae haalt ook niet uit, vermits zij geloven dat hun woord geen waarde heeft tegenover buitenstaanders. Om steden te veroveren en kastelen binnen te dringen werden ze plots wel een geheim wapen in de handen van een Noorman die sluw genoeg was om het te hanteren. De val van de grote stad Prinshaven was bijvoorbeeld te danken aan de omgekochte Ranae die de Noormannen binnen de stadsmuren hadden gesmokkeld.

In het verenigde Heimar leven de Ranae nog steeds aan de rand van de maatschappij. Ze zwerven door het land in karavaan of proberen in de sloppenwijken van de steden te overleven. Als er een heksenjacht wordt georganiseerd zijn Ranae doorgaans de eerste slachtoffers, vermits zij nog steeds worden bestempeld als ketters en uitschot.

Samenleving

De Ranae zijn nomaden en zigeuners die al eeuwen doorheen het zuiden van Heimar reizen in karavanen. Deze hechte gemeenschap kan verschillen van enkele wagens tot dozijnen karren van verscheidene families. Ze hebben nooit land kunnen opeisen dus zwerven rond naar waar de natuur ze het meeste te bieden heeft. Sommige karavanen reizen exclusief tussen enkele grote steden wetende dat de ‘jachtgrond’ daar het rijkst is. Omdat ze zo op de rand van de gevestigde waarde balanceren hebben de Ranae een kwade reputatie als dieven en charlatans. Vooral de Goliad mistrouwen de sluwe zigeuners aangezien ze de val van Prinshaven aan hun verraad te danken hebben.

Voor de Ranae is familie alles, zij zullen dan ook nooit iets doen wat hun familie of karavaan schade kan berokkenen. De verschillende clans maken hun eigen wetten en hebben lak aan de geldende autoriteiten. Meestal onderhandelt het hoofd van de karavaan met de lokale bevelhebber over wat wel en niet mag. Deze verstandhouding kan ten goede komen van de edelman indien hij dit goed aanpakt en de vindingrijkheid van de Ranae kan benutten mits hij af en toe een oogje dicht knijpt voor verdwenen goederen of vee.

Een Ranae gaat typisch flamboyant en bontgekleurd gekleed, om beter op te vallen bij het andere geslacht. Er zijn vele barden die zich speciaal specialiseren in het plezieren van de vrouwtjes en er zijn nog méér Ranae vrouwen die zich specialiseren in het plezieren van de man. De Ranae zijn de felste artiesten van heel Heimar, constant strevend om een andere bard, ongeacht zijn afkomst, te overtreffen in zijn kunst.

De Ranae hebben nooit een staand leger gehad en dus beschikken over zeer weinig échte krijgers, hoewel hun slanke, licht gekromde zwaarden en snelle vechttechniek genaamd ‘schermkunst’ een zekere faam heeft verworven bij de adel. Vanwege hun hechte familieband zijn er veel spiritisten bij de Ranae;, lieden die nog steeds in contact staan met hun voorouders. Deze kennis wordt streng in de familie gehouden, daarom sluiten de Ranae zich slechts zeer zelden aan bij een Spiegelhuis.

Religie

Naar de buitenwereld toe aanbidden de Ranae het drieluik van de Alfar goden. Zij hebben hier ook een unieke interpretatie aangegeven; de dag start met Ahlénnia die als godin van de dageraad wordt aanzien. Als de zon op haar hoogste punt staat wordt Hymir aanbeden, de krachtige krijger die dan op zijn troon zit. ’s Avonds, als de zon ondergaat, is het de beurt aan Tallathan; de wijze god die liever bij kaarslicht werkt. Rond deze kosmische cirkelbeweging van de drie goden zijn veel gebruiken en bijgeloof ontstaan, die zij trots aan de buitenwereld tonen. Zo is het bijvoorbeeld aangewezen dat zieken enkel ’s ochtends worden behandeld en dat men weet dat men ’s nachts de beste ideeën krijgt.

Achter de schermen aanbidden de Ranae weliswaar een geheel andere godin; Senestha, de maangodin die zij hebben meegenomen uit het zuiden. Voor de Ranae is Senestha niet enkel de godin van de maan, maar ook van de kunsten, familie en bovenal van eer en wraak. Ze wordt vaak de godin met de schitterende ogen genoemd. De cultus van Senestha is een goed bewaard geheim onder de Ranae. Zij zullen nooit haar naam vermelden in de aanwezigheid van buitenstaanders en zelfs onder familie worden rituelen ten dienste van Senestha vaak verdoezeld en gecamoufleerd.

Niettemin weten de andere volkeren van de ketterij van de Ranae en is al menig priester van Senestha op de brandstapel beland. Volgens de meest gangbare opvattingen aanbidden de Ranae een afzichtelijke heks die oogsten doet vernielen, gehele dorpen uitroeit door ziekte en vrome gelovigen van hun pad doet afkeren. Als er ergens een plaag uitbreekt is de dichtstbijzijnde Ranae karavaan vaak het slachtoffer van wraakzuchtige dorpelingen die worden opgezweept door de plaatselijke priester.

Bekende figuren

Merripen Nirtessi

Merripen Nirtessi is de meest beruchte Rano in heel Heimar. Hij is een meesterdief en zeer bekwaam in het zichzelf vermommen. Hij heeft al talloze edellieden beroofd en de prijs op zijn hoofd heeft ondertussen onbekende hoogtes bereikt.

Men weet dat Merripen is geboren in Sunneland maar dat hij op jonge leeftijd al het contact verbrak met zijn familie, die in Sunneland nog steeds een goede naam hebben. Hoewel hij eerst enkel actief was in Halden wordt hij ondertussen in heel het land gesignaleerd. Natuurlijk kan het hier ook om nabootsers gaan.  Zijn legende is voornamelijk tot stand gekomen dankzij de barden die maar al te graag zijn daden in lied en woord omzetten.

Merripen heeft drie jongere broers die hun leven hebben gewijd aan de klopjacht op hun oudere broer. Zij reizen rond doorheen Heimar in de hoop Merripen tot gerechtigheid te brengen, de goede naam van hun familie te herstellen en uiteraard ook de prijs op zijn hoofd te innen.

Giosetta Ophir

De Rana Giosetta is de clanoudste van de uitgestrekte Ophir familie, die voornamelijk rond Prinshaven actief is.  Dit klein, grijs vrouwtje ziet er zeer onschadelijk uit, maar ze heeft totale controle over een uitgestrekt netwerk van spionnen, bedelaars, dieven en straatboeven. Van zodra Giosetta je in haar vizier heeft weet je dat je op geen enkel moment meer veilig bent in Prinshaven.

Een bekend verhaal over Giosetta Ophir gaat over het bezoek van Koningin Sigdrifa, samen met de Prinsen en Prinsessen, aan Prinshaven enkele jaren geleden. De Schout had Giosetta zwaar beledigd door enkele van haar familieleden op te sluiten zodat de straten leeg waren van bedelaars tijdens het koninklijk bezoek. Giosetta riep vervolgens de armen op om te protesteren en in de straten van Prinshaven brak een ware burgeroorlog uit.  De Koningin en haar kinderen werden verplicht te vluchten terwijl ze bekogeld werden met uitwerpselen en rot fruit. Het was het laatste Koninklijk bezoek aan Prinshaven.

Pasqual Magoras

Pasqual Magoras is de stichter van de befaamde Schelmen van Pasqual. De Schelmen waren een groep die zich had aangesloten bij het Vrije Burgerleger en dankzij hun hulp werd Sunneland gevrijwaard van verovering door Orestis. Het waren hun slimme listen en bedrevenheid in talrijke kunsten die het beter georganiseerde leger van Orestis deden vluchten. In de nacht voor hun legendarische overwinning waren de Schelmen onder leiding van Pasqual, die toen nog maar zestien jaar oud was, het vijandige kamp ingegaan om de uitrusting van hun tegenstanders te stelen. Daarbij waren alle pezen van de beruchte ballista’s van Orestis verdwenen. Als ultieme belediging hadden ze ook de aanvoerder van het leger naakt op een paard gebonden en deze laten rondlopen in het kamp met aangenaaide ezelsoren op zijn hoofd.

Als dit al geen reden was om hen te doen vluchten of verwarring te doen zaaien dan was het hun op één nacht verdubbelde leger wel. Dit deden ze door onder andere gebruik te maken van de ochtendmist en hierbij voor elke aanwezige man een extra pop op levensgrootte links van hen neer te zetten.

Pasqual werd later in zijn leven persoonlijk door Koning Olaf in dienst genomen als strateeg en het werd gezegd dat hij en de koning een nauwe band hadden. Op een nacht verdween Pasqual echter als sneeuw voor de zon, samen met een geldkoffer en enkele juwelen van de Koningin. De Ranae zelf beweren dat dit verhaal een vuile leugen is, maar niettemin wacht er tot op de dag van vandaag een grote beloning op degene die de Koning het hoofd van Pasqual Magoras brengt.

Zephyrina Ansaldi

Zephyrina Ansaldi is onder de Ranae beter gekend als het befaamde Orakel van Stradaran. Haar scherpe ogen, wijze stem en ruwe schoonheid heeft al meerdere harten veroverd en in haar karavaan wordt ze haast aanbeden. Vele spreken dan ook over een cultus rond haar, en noemen haar een charlatan.

Van over geheel Heimar zoeken Ranae haar op voor haar wijze raad en voorspellingen. Maar net als alles op deze wereld heeft haar kennis ook een prijs. Voor elke voorspelling vraagt Zephyrina dezelfde prijs; één jaar van dienst en trouw. Voor velen is dit een stap te ver, maar niettemin blijft haar karavaan aanzwellen.

Huis Myrlund, het adellijk huis dat over de provincie Sunneland regeert, heeft kennis over Zephyrina en haar zogenaamde gave maar hecht geen enkele waarde aan deze verhalen.  Zolang enkel Ranae zich aansluiten bij haar karavaan zien zij ook geen reden om actie tegen haar te ondernemen.

uw scribent

Gepubliceerd één jaar geleden