Een misdaad van de laagste orde is begaan op het landgoed van Burggraaf Adalwin Bylandt, een edelman die tot voor kort nog trouw stond aan de Mannheimse Groothertog van Halden. Onder de sluier van nachtelijke stilte zijn soldaten van de Golyndische rebel die zichzelf "Koning Fintan IV" noemt erin geslaagd het slot te bestormen en zijn dochter en erfgenaam, de jonge barones Griselda Bylandt, te ontvoeren.
De barones, een jonge dame van aanzienlijke status, is naar verluidt ontvoerd als chantagemiddel om haar vader, een trouwe vazal van de Mannheimer overheersers, aan zich te onderwerpen. Geruchten verspreiden zich snel over de methoden en motieven van deze rebelse 'koning'. Zou hij zo ver zijn gegaan om haar te verbergen in een koude kerker of erger nog als gijzelaar te gebruiken tegen haar eigen familie?
Ooggetuigen spreken van een korte, wrede strijd, waarin de verdedigers van het landgoed werden overrompeld door een groep soldaten die de witte ramsschedel droegen, symbool van het rebelse 'Leger van de Ram.' Weinig details zijn bekend over de strijd, maar het relaas van een overlevende soldaat geeft een gruwelijk beeld van het brute geweld waarmee de aanvallers te werk gingen. Met een zak over haar hoofd en geboeid werd de barones afgevoerd naar een onbekende bestemming, haar vader en wij allen in het ongewisse over het lot van zijn dochter.