In een ongeziene daad heeft Huis Skarningar hun domeinen in Ulstein in de steek gelaten en toegelaten dat deze ofwel door de Horde, ofwel door Goliad vrijheidsstrijders werden overgenomen. Voormalig Groothertog Godrek Yrjarson beweert dat een visioen van een schildmaagd hem heeft overtuigd trouw te zweren aan Koning Unnar van Mannheim en heeft het Koningshuis van Heimar benoemd als 'gezwellen onttrokken uit een verachtelijke helleveeg'.
Vervolgens heeft het Huis, met verschroeide aarde in hun kielzog, Ulstein verlaten om zich in Austland te alliëren met het Mannheims leger onder leiding van Thane Konrad van Huis Skythe. Enkel de zogenaamde Veenheren van Huis Grotdal zijn achtergebleven om hun domeinen te blijven verdedigen tegen dreigingen allerhande. De wilde barbaren van de Horde maken het Mars nog steeds onveilig en hebben zich alreeds op de verlaten Skarningar landen gestort. Honderden burgers zijn hierdoor gevlucht naar het zuiden. Maar de grootste bedreiging bestaat uit de valse Koning van de Goliad die in een pompeuze ceremonie Ulstein heeft hernoemd naar 'Armorica, herrezen' en 'een hoeksteen van zijn glorieus rijk'. Men stelt zich de vraag wat hoe glorieus een rijk er op een moeras kan worden gebouwd.
Het hof te Finnsburg heeft besloten de Gazet niet van repliek te dienen aangaande deze verwikkelingen.